In de raad van 28 september zijn op initiatief van de GroenLinks-fractie twee belangrijke wijzigingen aangebracht in het bestemmingsplan Oostelijke Binnenstad.
Fred Kramer uitte in de raad zijn zorg over de bescherming van panden die met name geschikt zijn voor instellingen zonder winstoogmerk. Door op dit soort plekken ook andere bestemmingen mogelijk te maken, kan de huurprijs stijgen. ‘Je schroeft op deze manier de prijs op. Dat moet je niet doen. Dan kunnen ze niet meer worden benut door die maatschappelijke instellingen.’ In aanvulling op die boodschap stelde de raad vier panden vast die expliciete bescherming vragen: Desmet, Plantagedok Broedplaats, Verzetsmuseum en De Burcht.
Met steun van PvdA en SP is de bestemming maatschappelijk hierop ongewijzigd gebleven, waardoor voorkomen werd dat deze gebouwen, bij leegkomst, onbetaalbaar worden voor niet commerciële maatschappelijke functies.
De tweede wijziging betreft een compromis met PvdA en D66. Om functiemenging te bevorderen stelde het Dagelijks Bestuur voor om alle woonbestemmingen om te zetten in de bestemming gemengd. Daarmee valt echter iedere planologische bescherming van de woonfunctie weg en kan ook de balans wonen-werken van 1 op 1 worden verstoord. Om meer grip te houden wilde GroenLinks de woonbestemming handhaven met uitzondering van de begane vloer en de eerste etage (bij hoekpanden alle etages). PvdA en D66 wilden eigenlijk alles gemengd laten. Het bereikte compromis gaat uit van omzetting van allle woonbestemmingen in gemengd, behalve op de Kadijken en enkele bouwblokken langs de Sarphatiestraat (overkant Artis/Kadijken), waar de woonbestemming wordt gehandhaafd (met genoemde uitzonderingen). Binnen de mogelijkheden die er lagen was dit het maximaal haalbare.